Als alles ineens stilvalt: hoe weerbaar is de acute zorg bij schaarste?

Stel je voor: de stroom valt uit, niet voor een uur, maar een halve dag of langer. Het gebeurde 28 april in Spanje en Portugal. In een paar uur werd duidelijk hoe snel de samenleving kwetsbaar wordt en hoe afhankelijk we zijn van elektriciteit. Hoe weerbaar is onze acute zorg dan? Wat betekent dit voor de continuïteit van de acute zorg? Voor ziekenhuizen, meldkamers, ambulancediensten? En wat als hierdoor medische middelen schaars worden of personeel plots niet beschikbaar is? Zijn we als regio voorbereid? Binnen Acute Zorgregio Oost is een werkgroep actief die zich buigt over deze vragen.
Werkgroep om voor te bereiden op schaarste
De werkgroep bestaat uit vertegenwoordigers van de GHOR-regio’s, crisiscoördinatoren van verschillende ziekenhuizen, traumachirurgen en een beleidsadviseur van netwerkbureau AZO. Samen werken ze aan een regionaal zorgcontinuïteitsplan: een breed gedragen plan dat scenario’s beschrijft, rollen verduidelijkt en knelpunten in kaart brengt. Niet om álle denkbare crisissituaties vooraf uit te tekenen, maar om voorbereid te zijn op wat we wél in kaart kunnen brengen: hoe zijn voorraden geregeld, wat is de inzetbaarheid van personeel, en wie doet wat als middelen of mensen schaars worden?
Samen sterker in een keten
Schaarste kan zich op vele manieren voordoen. Denk aan een tekort aan bloedproducten, onvoldoende personeel of beperkte levering van infuuszakken. Maar ook de gevolgen van stroomuitval, een cyberaanval, oorlogsdreiging of een plotselinge toestroom van grote aantallen slachtoffers kunnen leiden tot een tekort aan middelen en capaciteit. Daarom is samen voorbereiden belangrijk. Want de acute zorgketen is zo sterk als de zwakste schakel. En het is belangrijk dat iedereen in de keten weet wat zijn of haar rol is als het erop aankomt.
Van losse plannen naar één regionaal geheel
Elke organisatie heeft een eigen crisisplan. Maar als de situatie complexer wordt, zoals bij een langdurige grote instroom van patiënten, is afstemming tussen zorgorganisaties onmisbaar. Daarom werken we aan het gezamenlijk zorgcontinuïteitsplan. Een dynamisch plan dat met de hele regio tot stand komt en voortdurend wordt aangepast aan nieuwe risico’s zoals geopolitieke ontwikkelingen of productieproblemen. Simone Uiterwijk (adviseur Netwerk Acute Zorg GHOR) is betrokken bij de werkgroep en merkt hoe belangrijk dat is: “Veel zorginstellingen zijn zich er niet van bewust dat ze afhankelijk zijn van dezelfde leverancier voor cruciale middelen of diensten. Als zo’n leverancier tijdelijk uitvalt, raakt dat ineens meerdere schakels tegelijk. Zulke kwetsbaarheden blijven vaak onzichtbaar zolang iedereen zijn eigen plan heeft. Juist daarom is gezamenlijke voorbereiding zo belangrijk: om afhankelijkheden in kaart te brengen, samen afspraken te maken en tijdig te kunnen schakelen wanneer het echt nodig is.”
Naast het gezamenlijke zorgcontinuïteitsplan bereidt het Radboudumc zich voor met een stresstest. Hierbij wordt getest hoe afdelingen samenwerken bij de instroom van een groot aantal burger- en militaire slachtoffers uit oorlogsgebied. En netwerkbureau AZO organiseert op 6 oktober een themabijeenkomst over weerbare zorg en militaire dreiging.
Vooruitdenken om beter te kunnen samenwerken
“Je kunt nooit alle scenario’s uittekenen,” zegt Maurice Peters (beleidsadviseur AZO), “maar als je elkaar kent en samen voorbereidt en oefent, kun je sneller en beter schakelen als het nodig is.” En juist die verbinding is waar de werkgroep op inzet: tussen zorgorganisaties, leveranciers en andere instanties die een rol spelen in de zorgcontinuïteit. De voorbereidingen zijn in gang gezet. Samen maken we de keten weerbaarder.